SDG Monitor
De SDG Monitor stelt lokale besturen in staat stelt om hun duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) op de voet te volgen. De SDG Monitor bestaat uit twee pagina’s:
- de eerste pagina (zie pijltje onderaan de pagina) toont de algemene SDG Index en de scores per gemeente op elk van de SDG’s;
- de tweede pagina zoemt in op de onderliggende indicatoren per SDG.
De weergegeven score toont de situatie van een gemeente in vergelijking met de best presterende gemeente.
De indicatoren zijn herschaald van 0 naar 100, telkens in stijgende lijn: hogere waarden komen overeen met betere prestaties en lagere waarden met minder goede prestaties.
Merk op: de SDG-monitor geeft de situatie van de gemeente weer, maar de scores gelden niet als een beoordeling van het bestuur. Vaak spelen er contextfactoren waarop het bestuur slechts in beperkte mate vat heeft.
Lees hier ook de interessante analyse door UNU-CRIS over de evolutie van de Vlaamse lokale besturen op de SDG's.
Inspiratie nodig voor concrete acties? Bekijk SDG in Perspectief Voor elke duurzame ontwikkelingsdoelstelling vind je informatie over wat deze doelstelling kan betekenen in jouw lokaal bestuur. Je kan er terecht voor praktijkvoorbeelden, beleidsinspiratie en interessant bronmateriaal.
Methodologie
De SDG-monitor geeft een indexscore voor elke Vlaamse gemeente. Deze score is het gewogen gemiddelde van de scores op de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. De basis zijn meer dan 200 indicatoren die zorgvuldig werden verzameld en geselecteerd op basis van hun relatie met de SDG-thema’s, het belang en de relevantie voor de lokale besturen en de beschikbaarheid van data.
We blijven de monitor updaten en verbeteren. De huidige versie is de 2de update, met een aanzienlijke uitbreiding van het aantal indicatoren dankzij een samenwerking met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en de Vereniging Vlaamse Provincies (VVP). Het is nu ook eenvoudiger om de evolutie in de tijd van je gemeente te zien. De update van de monitor zorgt er wel voor dat de scores voor heel wat gemeenten anders zijn dan bij de vorige versie.
Om een fijnmaziger beeld te krijgen van het SDG-profiel van je gemeente kan de monitor op aanvraag uitgebreid worden met eigen of lokale indicatoren.
De SDG-monitor is stap voor stap opgebouwd:
1. Verzamelen en selecteren van data
Het startpunt van de SDG-monitor was de set van lokale SDG-indicatoren die IDEA in 2018 samenstelde in opdracht van VVSG. De dataset werd versterkt door de analyse van UNU-CRIS in 2021. In de meest recente versie van de monitor maken we ook gebruik van de input van een werkgroep van 9 gemeenten die werden betrokken bij de opmaak van een voluntary subnational review door VVSG en VVP. Dankzij hen konden we de dataset uitbreiden naar iets meer dan 200 relevante lokale indicatoren.
De data komt hoofdzakelijk uit twee grote bronnen, namelijk de Gemeente-stadsmonitor (GSM), Provincies.inCijfers.be (PiC). Deze vulden we aan met gegevens uit specifiekere datasets zoals die van autodelen.net, de jobsmonitor, klimaatportaal Vlaanderen en VDAB.
Het voornaamste criterium bij de selectie van indicatoren is de relevantie voor de Vlaamse context. Zo is SDG 2 – Geen honger in onze monitor uitgebreid met indicatoren rond vegetarisch eten en biologische landbouw. Hoewel deze indicatoren niet rechtstreeks gebruikt worden bij de SDG’s op internationaal niveau, sluiten ze wel aan bij de onderliggende doelstelling om aan duurzame voedselproductie te werken.
Bij de uiteindelijke keuze voor de indicatoren, werden drie criteria gebruikt:
- De indicator meet een outcome. Er wordt met andere woorden gekeken naar de mate waarin de doelstellingen effectief worden gerealiseerd, los van de inspanningen van het bestuur of de specifieke context.
- De indicator moet een duidelijke (ofwel positieve ofwel negatieve) bijdrage hebben tot de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen.
- De indicator moet voor zo goed als alle Vlaamse lokale besturen beschikbaar zijn, om de vergelijkbaarheid te garanderen.
Op basis van deze selectiecriteria hebben we voor bijna alle doelstellingen meerdere sterke indicatoren gevonden. De belangrijkste uitzondering is SDG14, leven in het water, waar geen geschikte indicatoren voor beschikbaar waren.
2. Standaardiseren van data
Om de indicatoren vergelijkbaar te maken, herschaalden we ze van 0 naar 100. Hogere waarden betekenen betere prestaties en lagere waarden slechtere prestaties.
In de huidige versie worden de beste en slechtste scores van de laatste 12 jaar gebruikt als de twee ijkpunten. De interpretatie van de score is dus:
- Een score van 100 voor een gemeente betekent dat dit de hoogste waarde voor deze indicator was van alle gemeenten in de afgelopen 12 jaar. Een nul betekent het omgekeerde.
- Een verbetering van de score doorheen de tijd betekent dat de gemeente er effectief op vooruit gaat. Dit is een wijziging ten opzichte van de vorige berekeningswijze, waarbij de score van één gemeenten kon wijzigen per jaar doordat andere gemeenten het in datzelfde jaar beter of slechter deden.
Deze manier van standaardiseren werd gekozen om consistent te zijn met gelijkaardige internationale SDG indexen.
3. Aggregeren van data
Om tot een indexscore per SDG te komen, worden de scores per indicator geaggregeerd door een gemiddelde te nemen van de indexscores van de relevante indicatoren per SDG. De algemene indexscore per gemeente wordt gelijkaardig berekend door het gemiddelde te nemen van de 16 beschikbare doelstellingen.
In de meest recente versie van de monitor werd het aantal indicatoren ongeveer verdrievoudigd. Om toch het overzicht te kunnen bewaren, maken we nu gebruik van gegroepeerde indicatoren. Zo zit achter de indicator ‘betalingsproblemen’ data over inwoners met betalingsmoeilijkheden op basis van de bevraging uit de gemeentemonitor, maar ook data van de NBB over kredietnemers met achterstallige afbetalingen.
Een uitdaging bij het samenvoegen van de data is dat niet alle informatie voor ieder jaar beschikbaar is. Bij het aggregeren maken we telkens gebruik van de meest recente data en wordt die geprojecteerd naar de jaren waar nog geen data voor is.